Indonesië Bali, Java en Borneo

7 september 2016 - Sydney, Australië

Eindelijk is het zo ver! We mogen even lekker 2 weken op vakantie en niet zo maar een vakantie, we gaan naar Indonesië! Iets wat al een tijdje op ons lijstje van vakantie bestemmingen stond. Op zaterdag 30 juli zijn we het vliegtuig richting Bali ingestapt en kan ons volgende avontuur beginnen. Aangezien we nog al veel dingen hebben ondernomen en gezien is het verhaal wat langer dan normaal geworden.

Na een vlucht van zo’n 7 uur komen we aan op Bali. Het eerste waar je kennis mee maakt op Bali zijn de honderd duizenden toeristen. Het begon al op de luchthaven, een mega rij voor de Douane en wanneer je richting de uitgang van het vliegveld loopt staan er rijen dik mensen met bordjes in de lucht. Vind daar je eigen naam maar eens tussen, haha! Gelukkig gaan wij gewoon met een taxi, natuurlijk wel voor een toeristen tarief, want op de meter rijden ze hier niet vanaf de airport. Eenmaal in de taxi maken we kennis met verkeer van Indonesië en dat zijn scooters, scooters en nog eens scooters. Eigenlijk is het gewoon één grote chaos. We blijven de eerste twee dagen in Bali om even bij te komen en hebben besloten om dan ook maar midden in episch centrum van toeristen te gaan vertoeven. We slapen in een klein hotelletje in Kuta. Kuta ligt aan de kust en is zeer geliefd bij de Australiërs. In Kuta was een aantal jaar geleden ook die bom ontploft in een nachtclub, ons hotel was daar vlakbij. Er is daar nu ook een monument geplaatst en de nachtclub is ook weer open. Het is inmiddels een uur of 4 ’s middags en we besluiten om maar eens richting strand te lopen. Overal waar je hier komt zie je kleine winkeltjes of kraampjes die nep zonnebrillen, fake merkkleding en dat soort dingen verkopen. Ze willen je allemaal iets aansmeren tot het irritante aan toe. Uiteindelijk komen we aan bij het strand en daar hangt een ontspannen sfeertje. Wel weer veel mensen, maar niet vervelend. We bestellen een Bintang biertje en ploffen neer in een stoel op het strand om de zonsondergang te bekijken. Heerlijk, dit geeft het vakantie gevoel. ’s Avonds eten we bij een klein pizza tentje een pizza. Er staat daar een Italiaans mannetje in de keuken, dus dat moet goed komen. Verbazingwekkend was het één van de lekkerste pizza’s die we in tijden gehad hebben! De volgende dag doen we niet veel. We kopen allebei een nep Ray Ban zonnebril, dat leek ons wel handig voor als we straks in de Jungle zijn, dan maakt het niet uit als je hem verliest of als die valt. Daarna gaan we lekker naar het strand en lunchen nog een keer bij de pizza tent! Aan het einde van de dag vertoeven we nog aan het zwembad bij ons hotel en pakken we onze spullen weer in, want morgen ochtend vliegen we naar Jogjakarta op Java. ’s Avonds eten we een rijsttafel bij een tentje die we op tripadvisor hadden gevonden. Het heette ook echt rijsttafel! We kregen een mini bbq met saté en een soort plateau wat rond kon draaien met allemaal kleine schaaltjes erop met verschillende gerechtjes. Het was allemaal erg lekker.

bintang op strand kutasunset kutaI love bali fotocornelis met rijsttafelik met zonnebril en bintang

JOGJAKARTA

De volgende ochtend vliegen we met Lion Air naar Jogjakarta, een vlucht die ik niet snel meer zou vergeten. Het opstijgen was allemaal prima en het stuk hoog in de lucht ook, maar daarna was het een ander verhaal. Kennelijk konden we niet landen, maar dat werd door niemand aan ons vertelt, waardoor we denk ik zo’n 10 rondjes door een onweer wolk zijn gevlogen! 10 rondjes lang turbulentie en heen en weer geschud en dan vertelt Cornelis ook nog dood leuk dat deze maatschappij op de zwarte lijst staat in Europa. Ik kan je vertellen dat je dan niet lekker in je stoeltje zit. Bij elk rondje hoop je maar weer dat we nu eindelijk wel gaan landen. Gelukkig kwam er dus na zo’n 10 rondjes een einde aan de helse vlucht en komen we ’thank god’ weer veilig aan op de grond. Hier is de sfeer totaal anders dan op Bali, hier heb je meer het gevoel dat je echt ergens anders bent, zonder al te veel andere toeristen. We nemen een taxi naar het hotel en gaan daarna op zoek naar een tour die naar de Borobordur tempel gaat. De Borobordur is de bekendste tempel van Indonesië en die willen we graag van dichtbij bekijken. We lopen wat rond in de omgeving van het hotel en komen in een straat waar allemaal leuke restaurantjes zitten, maar ook van die bureautjes waar je tours kan boeken. Dan zien we op een bord staan, snacks, bitterballen, frikadellen, kaassouflés en zelfs patatje War haha. Na bijna een jaar in Australië te wonen is dat toch wel erg lekker. We hebben geen idee of het wat is, maar willen het maar al te graag proberen. Als blijkt dat de eigenaar zelf een Nederlander is dan moet het wel goed komen. Het was niet zoals de kwekkeboom bitterballen, maar toch wel erg lekker en de kaassouflés waren ook super. We verdiepen ons ondertussen in de informatie over de tours die we hebben gevonden en we besluiten om de sunrise Borobordur en Prambanan combinatie tour te gaan boeken. De Prambanan is een ander tempel die ook erg mooi schijnt te zijn, dus kunnen we dat net zo goed combineren. Het enige nadeel van een sunrise tour is dat je al om 4 uur ’s nachts wordt opgehaald! Maar goed, je moet er wat voor over hebben. We gaan dan ook vroeg naar bed en zetten de wekker om 3.30 uur.

snack menukaartbakfietsen jogjabitterballen en kaassoufle

Om stipt 4 uur staat het busje voor ons hotel om ons op te halen, we moeten eerst nog een uur rijden en komen dan aan bij een soort mini dorpje waar we een kleine heuvel op moeten klimmen. Het lijkt erop dat wij de eerste zijn, want er is nog niemand anders. Het is nog aarde donker en we hebben geen idee waar we moeten kijken, dus we gaan maar ergens staan en hopen dat we zo mooi zicht hebben. Wanneer er langzaam wat licht over de vallei gaat schijnen blijkt er behoorlijk wat ochtend dauw te hangen en ook een aantal wolken, maar ondanks dat hebben we uiteindelijk een aardige zonsopgang gezien. Helaas was de tempel zelf toch wat verder weg als dat we van te voren dachten, maar je kon hem wel zien liggen. De omgeving zelf was prachtig. We stonden namelijk in een soort bloemenveldje met zicht op de hele vallei met rijstvelden en de bergen en de Merapi vulkaan. Dit is de nog meest actieve vulkaan van Indonesië. Nadat ze zon op is gekomen lopen we terug naar het busje en rijden we naar de Borobordur zelf. Tijd om de tempel van dichtbij te gaan bekijken. We hadden ingecalculeerd dat het bij de tempel zelf vast erg druk zou zijn, maar dat viel honderd procent mee. De tempel ligt in een groot park, met veel groen omringt door een schitterende omgeving. De naam Borobordur is afkomstig van het Sanskriet “Vihara Buddha Ur” (één van de oudste Indo-europese talen) en dat betekend: boeddhistische tempel op de berg. De tempel is gebouwd tussen 750 en 850 en staat dus ook letterlijk op een heuvel. Het is het grootste boeddhistische bouwwerken ter wereld en staat nu op de UNESCO wereld erfgoed lijst. De tempel bestaat uit 9 etages, waarvan de onderste 6 vierkant en de bovenste 3 rond zijn. Op de bovenste etages heb je allemaal een soort van kleine torentjes en 2 kleine boeddha’s staan. Op de muren van de gehele tempel staan dingen afgebeeld, van olifanten tot boeddha’s en nog veel meer. Elke boeddha zit in een verschillende houding, wat allemaal weer een andere betekenis heeft. De zon is inmiddels goed gaan schijnen, waardoor we mooie plaatjes hebben kunnen schieten. Na alles bekeken te hebben eten we wat en gaan daarna weer de bus in. We moeten nog 1,5 uur rijden naar de Prambanan. Kunnen we mooi even een beetje bijslapen. De Prambanan is een hindoe tempel en meer een soort tempel complex. Er staan hier 4 tempels met als belangrijkste en grootste tempel de “Lara Jonggrang”.  Ook de Prambanan staat ook op de UNESCO wereld erfgoed lijst. We besluiten ze allemaal te gaan bekijken en moeten daardoor nog best een stukje lopen door de brandende zon. De eerste en de laatste tempel waren het mooiste, dus gelukkig was het de moeite waard om door die hitte te lopen. Wederom viel het aantal andere toeristen erg mee. Opvallend was wel dat er ontzettend veel andere Nederlanders hier rondlopen. Vooral in Jogjakarta zelf ook. Moe maar voldaan gaan we weer terug naar ons hotel, de rest van de dag brengen we door aan het zwembad. Morgen hebben we nog 1 dag in Jogja en daarna gaan we door naar Semarang.

bloemenveld sunrise borobborobordur sunrise ingezoomd

borobordur panoramaik met hele borobordurborobordur voorkantbuddah bovenop borob4 koepels op rij boven borobzoom buddahik in joga houding op borobsamen voor prambananraar beeld voorgrond pramcornelis voor achterste tempel pramik als buddah hoofdprambanan overview

De volgende dag staat Jogja zelf op de planning. We gaan eerst naar het paleis, dan naar de vogeltjes markt en als we dan nog zin en tijd hebben naar de plaatselijke dierentuin. Dat is inmiddels een soort van traditie geworden namelijk. We hebben al heel wat rare dierentuinen op de wereld bezocht, dan moet deze er eigenlijk ook nog bij. We gaan met het plaatselijke ov, en dat is een soort van bakfiets of brommer, richting het paleis. Een leuke ervaring en het voordeel is dat je gemakkelijk door al het verkeer heen kan cruisen. Bij het paleis bleken wij meer de attractie te zijn dan het paleis zelf. Al die mensen wilden daar met ons op de foto. De één na de ander. En dat wordt ook niet even netjes aan je gevraagd, nee, je wordt gewoon aan je arm getrokken en dan staan ze al naast je te poseren. Bizar, maar ook wel grappig om een keer mee te maken. Het paleis zelf vonden we eigenlijk niet zo bijzonder, dus we zijn er al snel weer vandoor gegaan. Eenmaal buiten het paleis hebben we weer een bakfietsbrommer geregeld en rijden we richting de vogeltjes markt. De vogeltjes markt wordt hier de Pasty genoemd. Het is een markt waar je vogeltjes kan kopen, maar ook allerlei andere dieren. Van slangen tot civet katten, puppy’s en zelfs apen! Het ziet er allemaal erg zielig uit, want de dieren zitten allemaal in erg kleine kooitjes. Maar aan de andere kant, dat is hoe het hier gaat. Voor de meeste dieren werd wel goed gezorgd. Ze maken de dieren nat met water om ze af te laten koelen en ze zien er ook niet ondervoed uit. Maar helaas waren er ook een aantal die wel verwaarloosd waren. Bijvoorbeeld 2 vleermuisjes die niet eens op de kop konden hangen omdat de kooi te klein was en honderden vogeltjes in één klein kooitjes waar minimaal 5 dode vogeltjes op de bodem van de kooi lagen. We hebben onze ogen uitgekeken en mijn dierenhart brak wel een aantal keer. Het liefst zou ik alle zielige dieren mee naar huis willen nemen... Aan het einde van de markt komen we nog een doos tegen met gekleurde kuikentjes! Roze kuikentjes, dat doen ze voor de kinderen hier. De kuikentjes krijgen een soort kleurstof poeder over zich heen als ze net uit het ei komen en behouden de kleur een paar weken. Volgens de meneer die er bij stond kon het allemaal geen kwaad en was de kleurstof een natuurlijk goedje. Ik kon de lol er wel van in zien. Na de Pasty markt hebben we nog genoeg tijd om naar de Zoo te gaan, dus dat doen we dan ook maar. We pakken dit keer een taxi want het zag er naar uit dat het ging regenen. Dan zit ik toch liever in een auto dan in zo’n bakfiets. Onderweg ging het inderdaad ook regenen en het regent nog steeds als we bij de dierentuin aankomen. Er is hier nauwelijks iemand te bekennen, dus we hebben bijna de hele Zoo voor ons alleen. Het leuke van dierentuinen ergens anders op de wereld, is dat je daar totaal andere dieren hebt. Hier dus ook. Ze hadden mooie vogels, komodo varanen, super veel slangen en apen en als hoogte punt een kleine dieren show. Mensen in Nederland zijn niet zo van de dieren shows, maar dit was best grappig. Een otter die een karretje duwt en een beer die op een klein fietsje fietst. Aan het einde van de show komt er nog een Orang-oetan het podium op waar je mee op de foto kan. Dat wilde ik natuurlijk wel! Cornelis heb ik er uiteindelijk ook van overtuigd, dus wij richting die aap om op de foto te gaan. We mochten haar ook aanraken, dus het was best een leuke ervaring.  Ook hier waren wij weer de attractie. We waren de enige westerse mensen in die hele dierentuin. Dus voordat er andere mensen met de aap op de foto mochten, moesten eerst alle medewerkers met ons op de foto! Haha. Na de show hebben we genoeg dieren gezien voor vandaag en gaan we terug richting hotel. We snacken nog een keer een bitterbal en een kaassouflé en regelen ons vervoer naar Semarang voor de volgende dag.

pasty vogelkooienOp de foto met de localsKonijnen en 1 aap in kooi pastyroze kuikensorang oetan zoo foto

SEMARANG

De volgende ochtend gaan we al vroeg in de bus richting Semarang. Het is gelukkig een ruime bus met zelfs een bus stewardess aan boord en we kregen ook nog een klein hapje en een bekertje water! Na 4 uur rijden komen we aan in Semarang. Het is een beetje smerige stad met veel mensen. De mensen leven hier echt op straat. Het is niet een stad die heel erg geliefd is onder de blanke toeristen, we worden dan ook constant nagekeken op straat. In Semarang is het oudste hoofdkantoor van de Indonesische spoorwegen te vinden en de stad is een oud koloniaal handelscentrum van de VOC. Er woonden hier jaren lang veel Nederlanders tot en met de tweede wereld oorlog. Tijdens de tweede wereld oorlog is de stad overvallen door de Japanners en zijn vrijwel alle Nederlanders in een Jappenkamp gezet. Het oude centrum heet nog steeds “Outstad”, er is alleen niet veel meer van over. Je ziet nog wel overal Nederlandse invloeden, dat was wel grappig om te zien. Bordjes met ingang bijvoorbeeld en veel Nederlandse straatnamen. Nadat we Outstad en het oude hoofdkantoor van de spoorwegen hebben bezocht is er niet veel meer te beleven in Semarang. We gaan weer vroeg ons bed in, want morgen vliegen we al om 8 uur ’s ochtends naar Pangkalan Bun op Borneo. We gaan eindelijk naar de orang-oetans, iets waar we allebei erg naar uit hebben gekeken.

overzicht outstadoude stationcornelis trein semarangstraatbeeld semarangbakfietsen op straat

KALIMANTAN, Tanjung Puting National Park

Om een uur of half 10 komen we aan in Pangkalan Bun. Het is een klein vliegveldje en we zijn weer in een totaal andere wereld gekomen. Weg uit de stad en de drukte. Op de airport worden we opgepikt door onze gids Erwin van Java. In eerste instantie herkent ie ons niet omdat ik een trui aan het met de tekst “Very Bien” er op. Hij dacht daardoor dat we Spaans waren. Uiteindelijk roept hij mijn naam en maken we kennis met hem. We stappen de taxi in en rijden naar de haven van Kumai. De komende 3 dagen gaan we met Erwin op een Klotok (dat is een soort boot) door Tanjung Puting National Park heen varen. In dit park wonen de meeste Orang-Oetans van heel Borneo, maar ook neusapen, neushoornvogels, makaken en nog veel meer! We hebben een privé boot met een kok, 2 bootmannetjes en Erwin als gids. Erwin is een bijzondere man, hij doet dit werk al zo’n 18 jaar en heeft het één en ander al meegemaakt in zijn leven. Hij heeft namelijk een schipbreuk overleefd. Hij heeft 5 dagen lang op zee gedreven in een reddingsboot, waarvan de meeste mensen het niet overleeft hebben. Hij was onderweg met de veerboot vanaf Borneo naar Java in 2006. Meer dan 500 mensen zijn verdronken en slechts 26 hebben het overleefd, waarvan Erwin dus één was. Ik vroeg hem of hij ook kan zwemmen, waarop hij zegt: ”Nee! En ik ga het ook niet leren ook”. Hij houdt niet van in het water zijn, maar brengt zijn meeste tijd wel door op het water. Best raar dat je jezelf dan niet leert zwemmen, toch? Verder noemt Erwin zicht zelf 96,4% Orang-oetan en 3,6% alien. Een Orang-oetan komt namelijk 96,4% overeen met het genenpakket van de mens. Kortom het is een beetje vreemde vogel, maar hij weet wel veel van de omgeving en kent iedereen. Eenmaal op het water blijkt al gauw dat we niet de enige zijn die op zoek zijn naar de Orang-oetans. Erwin vertelt ons dat dit gebied erg populair is onder Spanjaarden. Een bekende Spaanse voetballer (Puyol) is hier namelijk geweest en dat is daar kennelijk op tv geweest. Sindsdien willen ze allemaal deze kant op komen. Dat verklaart ook meteen waarom hij dacht dat ik Spaans was met mijn “Very Bien trui” aan. We hadden al verwacht dat we niet de enige toeristen zouden zijn, maar helaas waren het er iets meer dan we hadden ingecalculeerd. Op de klotok tijdens het varen heb je er eigenlijk niet zo veel last van. Erwin vertelt dat er 100 klotok boten zijn, waarvan de capaciteit verschilt. Op de grootste boot kunnen 12 mensen en op de kleinste maximaal 2. Wij hebben zo’n kleine klotok. We slapen en eten op het bovendek en de bemanning slaapt en leeft beneden. De boot heeft gelukkig een Europese wc pot, maar daar is dan ook alles mee gezegd. Je moet doorspoelen met een soort plastic pan waarmee je water uit een bak schept. Heel smerig omdat iedereen, ook de bemanning, gebruik maakt van deze wc. Het water ligt dan ook overal door de wc heen gespetterd. Maar we moeten het er maar mee doen, beter iets dan niets.

Eenmaal gesetteld op de boot, krijgen we meteen een uitgebreide lunch voorgeschoteld. We verhongeren hier zeker niet! We varen het park in via de Sekonyer River en je ziet meteen al orang-oetan nesten in de bomen. Het zijn wel oude nesten waar ze ’s avonds in slapen, maar ze zitten hier dus wel! Onderweg komen we al een grote mannelijke neusaap tegen. Grappige beesten zijn dat toch. De neus van een mannelijke neusaap doet mij altijd erg denken aan het mannelijke geslachtsdeel, haha. Hij eet een blaadje, waardoor zijn neus de hele tijd heen en weer wiebelt. De neusaap wordt hier in Indonesië trouwens Orang-Belanda genoemd. Wat letterlijk Nederland-aap betekent. Ze noemen hem zo omdat hij oranje is en een dikke ronde buik, zoals vele Nederlandse mannen… Onze eerste stop is bij een klein dorpje. Het is inmiddels loei heet en dan is het niet erg lekker om door de volle zon door zo’n dorpje heen te lopen. Daarom doen we een klein rondje en gaan daarna weer terug naar de boot. Er viel ook niet zo veel te beleven daar. Terug op de boot hadden we een kort bijkom momentje, over een uur gaan we naar Tanjung Harapan, het eerste feeding station voor de orang-oetans. Dan horen we ineens een plons in het water, het zijn neusapen die de rivier in springen! Nooit geweten dat apen kunnen zwemmen. Ze steken de rivier over en hebben door te zwemmen meteen wat verkoeling. Uiteindelijk zwemmen er zo’n 10 apen van de ene naar de andere kant van de rivier. Het ziet er super grappig uit doordat die grote neuzen boven het water uit steken. Na de zwemmende neusapen kunnen we eindelijk naar de orang-oetans. We lopen als één van de eerste richting het feeding platform. Het is wederom erg warm en het zweet giet van je lijf af. Vlak voordat we bij het feeding platform zijn komen we onze eerste Orang-oetan tegen. Ze zit nog ergens ver in een boom en heeft een baby bij haar. Het schijnt dat bijna alle vrouwtjes hier in het park een kind bij zich dragen. Naarmate de tijd vordert wordt het helaas steeds drukker met mensen, waardoor de apen wat schichtiger worden. Ik besluit een stukje van het feeding platform weg te lopen en dat was een goed plan. Daar kom ik namelijk een vrouwtje tegen met een pasgeboren baby aapje. Ze hangt letterlijk recht boven mijn hoofd op zo’n 4 meter hoogte in de boom. De manier hoe ze dat kleine aapje vasthoudt is zo aandoenlijk. En gelukkig waren er op deze plek niet al te veel mensen die haar af konden schrikken. Uiteindelijk steken er nog 2 apen met een kleintje recht boven mijn hoofd het pad over. Zo’n mooi gezicht hoe die beesten met alle gemak van de wereld door die bomen heen bewegen. Op alle toeristen na was het een mooie eerste ervaring met de orang-oetans. Ik had al wel vast bedacht, dat we morgen weer als eerste bij het volgende platform moeten zijn. Dan heb je namelijk nog kans op een privé ontmoeting met de orang-oetans. Inmiddels is het al een uur of half 5 en hebben we nog zo’n 2 uur om op zoek te gaan naar ander wildlife in en rondom de rivier. Wanneer we terug komen op de boot krijgen we een bak met gefrituurde banaantjes en een koud blikje cola, precies waar we aan toe waren. Lekker. We varen als één van de eerste boten weer verder de rivier op. We komen nog heel veel neusapen tegen, maar ook makaken, Silver leaf monkeys en prachtige luchten tijdens de zonsondergang. Het is tijd om een plek te vinden waar we de nacht gaan doorbrengen. We meren ergens aan waar ook al een paar andere boten liggen. Je mag namelijk niet als enige boot ergens random aan een oever overnachten., want ook hier zijn er mensen die je kunnen overvallen. Wanneer de zon onder is komen er echt honderden vliegen tevoorschijn, heel irritant. We moesten namelijk ook nog eten. Het was een hele kunst om er voor te zorgen dat je geen vliegen op at. We vragen tijdens het eten of ze onze klamboe kunnen ophangen, dan kunnen we in ieder geval na het eten meteen ons bedje in en vliegvrij slapen.

Neusaap in boomzwemmende neusapenduikende neusaapik zwaai cornelis zit op klotokmodder haanMini Baby orang oetan steekt hand uitorang oetan met mini baby op borstKleintje eet staant bij moederMoeder en mini babyhoeveel bananan passen in een orang oetan mondmakaken vlooien onder okselsilver leave met oranje babyNeusapen op een rijheel veel neusapen in 1 boomposerende baby in boomNeusaap van opzijneusapen in boom sunsetneusapen paarse lucht

De volgende ochtend ben ik al vroeg wakker. Ik heb nauwelijks geslapen. Het matras was namelijk bedekt met een soort plastic hoes en met 25 graden is dat niet echt lekker. Verder werd ik telkens wakker van het geluid van het lozen van water in de rivier van alle andere boten om ons heen en de geur van sigaretten rook die regelmatig voorbij kwam gedurende de hele nacht. Iedereen rookt hier namelijk. Dat kost hier helemaal niks. Gelukkig kon ik genieten van een mooie zonsopgang met het water dat spiegelglad was, prachtig. Bovendien wilde ik vroeg richting het volgende kamp, dus tijd om weer te vertrekken. Het is nog een klein uurtje varen naar Pondok Tanggui, het volgende feeding station. Onderweg daar naar toe komen we nog van alles tegen, een onechte gaviaal, een neushoornvogel koppeltje, een storkbill kingfisher, een grote monitor lizzard die op een schuine boomstam licht te slapen en wederom veel neusapen en makaken. Een goed begin van de dag! Wanneer we aankomen bij de steiger van Pondok Tanggui zijn we één van de eerste, mooi zo. We lopen richting het kamp en daar aan het einde van een klein stukje boardwalk zit een groot mannetje. Albert heet ie. Hij heeft een maiskolf gekregen van een Duitse vrouw en haar dochter die we gister ook al ontmoet hadden bij het andere feeding station. Zij had 18 jaar geleden hier vrijwilligerswerk gedaan en is nu teruggekomen on het aan haar dochter te laten zien. Toevallig heet zij ook Mirjam en hadden zij het zelfde plan als ons, als eerste er zijn. Erwin zegt dat ik naast Albert kan gaan zitten, dat doe ik dan ook maar al te graag. Wanneer ik zijn naam zeg kijkt ie me aan, geweldig dit! Hij bestudeert me grondig en ik kan hem goed bekijken. Wat een lief beest. Dan komen er meer mensen aan, ze maken helaas te veel lawaai en Albert gaat er vandoor. Maar dit hebben we maar weer mooi meegepakt! Mijn dag is al geslaagd. Bij het feeding platform is het eigenlijk een beetje hetzelfde als gister. Er waren hier alleen wel meer Orang-oetans. Helaas zitten er weer heel veel mensen, daarom lopen wij weer een stukje verder de bosjes in, daar komen ze namelijk vandaan als ze richting het platform komen. We hebben daar een goeie spot gevonden. Er steken zo’n 4 Orang-oetans, recht over ons hoofd heen, het pad over. Eentje kwam zelfs nog bijna naar ons toe, totdat al die andere toeristen dat in de smiezen kregen en weg was die. Je ziet dat ze wel gewend zijn aan mensen, maar als er te veel mensen zijn en lawaai vinden ze het niet meer leuk. En dan heb je nog een aantal idioten die niet snappen dat je je flits uit moet zetten als je foto’s van ze maakt. Ik snap die apen dan wel. Ik zou er ook vandoor gaan. Na een klein uurtje hadden wij wel genoeg gezien en besluiten we terug naar de boot te gaan, ook met de achterliggende gedachten dat we dan weer als eerste hier weg kunnen. Onze volgende stop is namelijk Camp Leackey. Camp Leackey is een soort onderzoekscentrum midden in Tanjung Puting. Ze vangen hier ook Orang-oetans op. Het is nog 2 uur varen door een prachtige rivier. Tot nu toe was de rivier alleen nog maar bruin van kleur, maar naarmate we verder richting Camp Leackey varen wordt hij steeds smaller en donkerder van kleur. We zijn een van de eerste boten die er door heen varen, dus het water is spiegelglad, wat voor mooie plaatjes zorgt. Eenmaal bij Camp Leakey aangekomen moeten we eerst nog wachten voordat we aan wal mogen. Ze hebben sinds een aantal jaar de regels aangescherpt, omdat er orang-oetans zijn vergiftigd door het eten van verkeerd voedsel. Er mogen nu alleen maar tussen 1 en 4 uur toeristen het kamp bezoeken. Inmiddels zijn we niet meer de enige boot die er ligt, maar we worden wel als eerst opgepikt met een klein bootje om aan wal te komen. We moeten eerst een stuk over een lange steiger lopen, soms kom je hier al orang-oetans tegen, maar nu helaas niet. We zien nog wel een paar makaken en een wildzwijn en komen dan aan bij het kamp zelf. We moeten ons inschrijven in het bezoekersregister, we zijn inderdaad de 3e en 4e bezoekers van vandaag. Hopelijk hebben we dan nog wat privacy met de orang-oetans. Na het registreren bekijken we nog een klein museumpje, maar we willen het liefst zo snel mogelijk de jungle in. Onderweg naar het feeding platform komen we Siswi tegen. Eén van de oudste orang-oetan vrouwtjes. Ze ligt op haar buik midden op het pad. Erwin zegt dat we achter haar kunnen gaan staan zodat hij een foto kan maken van ons. Siswi is een bijzonder vrouwtje, ze heeft namelijk 3 van haar 4 kinderen verloren. Daardoor is ze nu erg jaloers op de andere vrouwtjes, maar ook op menselijke vrouwen. Wanneer je te dicht bij haar in de buurt komt kan ze je grijpen en in het slechtste geval bijt ze in je kuiten. Ondertussen hebben we de foto kunnen nemen en is Siswi opgestaan. Ze gaat een klein bosje in waar een jong mannetje tevoorschijn is gekomen, genaamd Ukraine. Ze dagen elkaar uit en spelen wat, leuk om dat van dichtbij te zien en mee te maken. Ondertussen zijn de Duitse Mirjam en haar dochter ook aangekomen. Zij denkt alleen dat ze wel even dicht bij Siwsi in de buurt kan komen. Haar gids waarschuwt haar nog, maar ze trekt zich er niks van aan en zegt dood leuk: “I can see it in her eyes, she is friendly!” Nog geen 3 seconden later grijpt Siswi haar arm en wil haar tas afpakken. Die gids van haar helemaal door het lint, haha. Erwin helpt uiteindelijk door Siswi af te leiden met wat te eten, uiteindelijk laat ze los. Erwin heeft hier jaren lang in het kamp gewerkt en kent de apen dus erg goed. Inmiddels zijn er nog meer toeristen aangekomen en besluiten we richting feeding platform te gaan. Misschien zien we daar ook nog wel wat. We hopen dat we King Tom nog te zien krijgen. Het grootste en oudste mannetje wat hier leeft. Maar als hij het te druk vindt, dan komt hij meestal niet opdagen. Helaas werd het al snel erg druk en staan we weer rijen dik bij het feeding platform. Als eerste komt Siswi dwars door de mensen menigte heen het platform op. Ik hoopte nog dat ze een Spaanse toerist zou grijpen, maar dat deed ze helaas niet. Al snel komen er nog meer orang-oetans tevoorschijn. Ze komen van alle kanten, dat maakt het wel leuk. King Tom hebben we helaas niet meer gezien, maar we hebben erg van alle andere apen genoten. We nemen afscheid van alle orang-oetans en lopen terug naar de boot. Daar zijn een aantal makaken gefrituurde bananen aan het jatten van een stel chinezen op een andere boot. Grappig om te zien, ik pak zelf ook een stuk gefrituurde banaan dat op de stijger ligt. Het is gloeiend heet en voordat ik het weet wordt het stuk banaan uit m’n handen getrokken door een makaak. Voor hem is het ook te heet om te eten en kauwt met z’n bek open en trekt een grappig gezicht. Net zoals wij zouden doen als het eten te heet is, haha. Aan de andere kant van de oever zit nog een orang-oetan met een baby, ook te schooien voor eten. Dat is dus de reden waarom er alleen nog maar tussen 1 en 4 mensen Camp Leackey mogen bezoeken. De orang-oetan voer ik dus ook geen frituurde bananen.

klotok weerspiegeling in water2 Black and red broadbillsStorkbill kingfisherBlack hornbill coupleGaviaalMonitor lizzardik met albertalbert close upalbert hoofd van opzijZielig kijkende baby wil meer melkschattig babytje plukt blaadjemet siswi op de fotoSamen met siswi op de fotoCornelis achtergrond siswi ukraineorang oetan staat op takbaby dringt melk uit eigen hand

We zwaaien nog naar de laatste orang-oetan en varen dan weer terug richting de grote bruine rivier. We varen met een behoorlijk tempo door en ik vraag me af waarom, we missen nu namelijk alle neusapen in actie. Cornelis vertelt dat Erwin aan hem had gevraagd of we vuurvliegjes wilden bekijken en hij had “ja is goed” gezegd. Niet wetende dat die verrekte vuurvliegjes nog zo’n 3 uur varen verder zitten. Uiteindelijk komen we aan bij een boom met allemaal kleine soort van kerstboom flikker lichtjes, dat zijn dus de vuurvliegjes. Het was best mooi om te zien, maar ik had liever naar de neusapen gekeken. We dineren onder de boom met de vuurvliegjes, heel romantisch haha. Dan komt Erwin naar ons toe met de vraag wat we de volgende ochtend nog willen, aangezien we nu al een behoorlijk stuk richting het einde van het park zijn gevaren. Ik zeg dat ik graag nog wat rond wil varen en beesten wil spotten. Hij zegt oké en loopt weer weg. Een paar minuten later komt ie weer terug met een verhaal dat er een probleem is. Er komt morgen namelijk een groep van 100 Spanjaarden aan en die landen “eerder” dan verwacht, namelijk al om 10 uur. Terwijl wij de boot tot 12 uur zouden hebben. Uiteindelijk maken we de deal dat we vroeg opstaan, want we zijn toch wel vroeg wakker en nog een klein rondje doen, daarna terug varen en tussen 10 en 12 nog Pangkalan Bun gaan bekijken. We konden toch niet anders. We varen een stukje terug door het donker en brengen de nacht door bij het eerste kamp die we bezocht hebben. We zijn hier niet de enige, een Spaanse groep is hier ook aangemeerd. Ze maken een hoop kabaal. Cornelis is al vroeg zijn bed ingedoken, maar met al dat lawaai kon ik nog niet slapen. Ik ben maar een praatje gaan maken met de mensen van de boot, ze leren me een paar Indonesische woorden en ik trakteer ze op een lolly die ik had meegenomen voor op de boot. Ze waren er maar wat blij mee en zeiden telkens “very bien”. Op de een of andere manier vinden ze die uitspraak op mijn trui erg interessant, zelfs de gidsen van andere boten noemen mij “very bien”. Ze zeggen: “oh, you are with Erwin, you are very bien”. Erwin komt er even later ook bij zitten en zegt dat ze hier met al die Spanjaarden een ”Spanglish” praten, een mix van Engels en Spaans, vandaar dat ze “very bien” ook erg grappig vinden. Zo’n uur of 2 later zijn de Spanjaarden eindelijk stil en kan ik zelf ook naar bed. Ik ben dood op, dus met slapen moet het vannacht wel goed komen.

very bien op klotokzonsondergang tanjung putingsamen op klotok foto

De volgende ochtend word ik al wakker voordat de zon op is. Het is erg mistig en dat maakt het allemaal wat mysterieus, maar ook weer mooi. We eten snel ons ontbijtje op en varen dan nog een stukje weer verder de Jungle in, met de nadruk op stukje. Doordat het nog te mistig is zien we weinig en na zo’n 15 minuten varen draaien we alweer om. Ik had al wel verwacht dat het zo zou gaan. De mist verdwijnt langzaam en we zijn nog een aantal mooie vogels en natuurlijk weer neusapen en makaken tegengekomen. Helaas hebben we geen wilde orang-oetans meer gezien. We varen langzaam aan het park uit en komen om kwart voor 10 al aan in de haven van Kumai. De boot is in ieder geval op tijd afgeleverd, ik ben benieuwd wat wij nog te zien krijgen. Ik doneer mijn zak lolly’s aan de bemanning, we nemen afscheid van ze en stappen daarna de auto in richting Pangkalan Bun. Door het centrum van Pangkalan Bun loopt een rivier. De mensen wonen hier dan ook veelal in huisjes gebouwd op palen. We lopen eerst een stuk over een lokale markt, waar we door iedereen worden gegroet en nagekeken. Hier komen echt nooit blanke mensen denk ik. De markt is overdekt met een plastic zeil en Cornelis moet de hele tijd bukken. Erg grappig vinden ze dat allemaal. Uiteindelijk komen we aan bij de rivier en gaan we in een longboat een stukje varen. Deze boot is zo smal en gammel dat je doodstil moet blijven zitten, anders waren we waarschijnlijk omgeslagen. Eigenlijk is het best leuk om dit ook te zien, hier zie je echt hoe de mensen hier leven. Alle kinderen die we onderweg tegenkomen zwaaien uitbundig naar ons en wij zwaaien terug. Na de boottocht eten we nog ergens wat en gaan we richting luchthaven. Tijd om weer terug te vliegen naar Java en te bedenken wat we de komende dagen willen gaan doen.

kleermakertje pangkalan bunzwaaiende kindjes in watervarende vrouwtjes in longboat pangkalanzwaaiende broertjeskind wordt gewassen in teilcornelis long boat

TERUG NAAR BALI

We vliegen eerst naar Surabaya op Java. We hebben nog 5 dagen in Indonesië voordat we weer terug vliegen naar Sydney. We kunnen nog de Bromo vulkaan gaan beklimmen en over land naar Bali reizen, of we vliegen morgen ochtend in een keer door naar Bali. In Surabaya zelf is niks te beleven en eigenlijk zijn we allebei zo moe van alle indrukken en het vroege opstaan van de afgelopen week, dat we beslissen om maar in één keer door naar Bali te vliegen. Even lekker bijkomen en bijslapen. Bovendien willen we ook nog 2 dagen naar Ubud, een plaatsje op Bali. We boeken een hotel voor 2 nachten en de vlucht voor morgen ochtend. Tijd om met onze billen op het strand te liggen. Wanneer we aankomen bij ons nieuwe hotel in Seminyak, dat valt helaas een beetje tegen. Het ligt midden in een drukke uitgaansstraat en er vertoeven veel jongeren. Gelukkig is het strand wel dichtbij. Daar gaan we dan ook meteen naar toe en drinken daar lekker een paar koude Bintang biertjes. Wanneer de zon onder is gaan we terug naar het hotel en eten een hapje in de straat. Daarna gaan we redelijk op tijd naar bed, ik ben namelijk nog steeds dood moe. Wanneer we in bed liggen begint de hel. De lokale barretjes gaan open en de muziek gaat alsmaar harden. Mensen kloppen ’s nachts op onze deur en er wordt de hele tijd geschreeuwd. Het eerste wat we willen de volgende ochtend is weg hier! We boeken snel een ander hotel in een rustiger gebied en checken uit. Helaas krijgen we ons geld niet terug en moeten we zelfs nog wachten omdat ze de kamer nog willen checken. (dat zegt al genoeg) Wegwezen hier. Ons nieuwe hotel ligt in Legian, een iets rustiger plaatsje tussen Kuta en Seminyak in. Het heeft een zwembad op het dakterras waar het heerlijk rustig is en de kamers zijn ook veel beter. Hier houden we het wel een paar dagen uit. We besluiten om de hele dag alleen maar aan het zwembad en het strand te gaan liggen. Morgen gaan we nog 2 dagen naar Ubud.

UBUD

Ubud ligt ergens midden op Bali en staat bekent om de rijst terrassen. Het is een beetje kunstzinnig plaatsje waar ze veel art en crafts verkopen. Helaas is ook Ubud ontdekt door het massa toerisme en daardoor stikt het daar ook weer van de toeristen winkeltjes. We overnachten ergens in een oude tempel tussen de rijstvelden. Het is niet echt lux, maar het heeft wel wat. Het ligt in een mooie tuin en buiten het toeristische gebied, waardoor het er lekker rustig is. We huren een scooter bij ons hotel en krijgen die ook zo mee. Niks geen paspoorten inleveren en vervelende formuliertjes invullen. Prima! We besluiten vandaag de Monkey Forest en het paleis te gaan bezoeken. De Monkey Forest is een oud tempelcomplex waar nu meer dan 500 makaken wonen. Een echte toeristen trekpleister dus. Wanneer we daar aankomen is het er ook smoor druk. Je kan overal voer kopen en er is zelfs een hele markt gebouwd binnen het complex zelf. Wederom erg jammer. Het park zelf is wel erg mooi groen en ze hebben grappige beelden staan. Ik weet niet wat voor tempelcomplex dit was, maar er waren verdacht veel rare beelden met een licht erotisch tintje. Verder was het wel leuk om te zien dat die makaken op andere toeristen springen en bijvoorbeeld flesjes water proberen te jatten. Het grappigste was als ze dan ook nog eens bang waren en half panisch gillend probeerden weg te rennen. Dat waren voornamelijk de Chinezen. Ik wilde zelf ook wel zo’n aap op m’n schouder en dat is me nog gelukt ook, zelfs zonder ze te voeren. Daarna hebben we genoeg apen gezien en gaan we door naar het Paleis. De weg naar het paleis toe is één grote file. Zelfs met de scooter is het lastig om er door te komen. Bij het Paleis zelf was het nog veel drukker, terwijl er eigenlijk niet eens zo heel veel te zien was. We besluiten dan ook om snel weer weg te gaan uit deze mensen massa, maar wanneer we weg willen rijden me de scooter blijkt onze achterband lek te zijn! Dan sta je daar ergens midden in een overbevolkt centrum, geen idee waar je een band van een scooter kan laten plakken en terug lopen was ook geen optie. Er zat maar 1 ding op, op zoek naar een scooter repareer bedrijfje. We lopen maar gewoon een kant op en vragen her en der of ze wat weten. Uiteindelijk komen we bij een klein bedrijfje met een mannetje die de band wel even kan plakken voor ons. Voor 2 euro kon hij hem binnen 20 minuten fixen, goeie deal! Hopelijk plakt hij hem goed genoeg om nog een dag mee rond te rijden, we willen morgen nog namelijk naar de rijst terrassen. We rijden terug naar ons tempelhotel en bedenken waar en wat we willen eten. Uiteindelijk besluiten we om bij een Mexicaan te gaan eten. We hebben inmiddels genoeg Indonesisch eten achter de kiezen. Het eten was heerlijk. Wanneer we het op hebben begint het buiten te regenen. Hopelijk is het een buitje en morgen weer droog, maar hier in de tropen weet je het maar nooit…

ik met makaak op schoudertempel hotelerotisch varkenbaby makaak[makaak kijkt schattig monkey forest]

De volgende ochtend staan we weer vroeg op en hopen dat het dan nog rustig is bij de rijst terrassen. Helaas heeft het de hele nacht doorgeregend en regent het nu ook nog steeds een beetje. We wachten tot het bijna soort van droog is en gaan dan toch maar richting de rijst terrassen kijken. De rijst terrassen staan ook op de UNESCO werelderfgoed lijst. Het zijn een soort trapvormige vlakken op een berg waar rijst op wordt verbouwd. Wij willen de Tegalalang Rice Terrace gaan bekijken. Dit schijnt een van de grootste mooiste te zijn. We hebben geluk, het is nog steeds droog en wanneer we aankomen komt er zelfs een klein zonnestraaltje tevoorschijn. Plus dat er nog niemand anders te bekennen is, hebben we mooi het rijk voor ons alleen. We lopen een rondje door de terrassen heen en ook hier merk je weer de invloed van het toerisme. Alle mensen die daar werken bieden aan of je met ze op de foto wilt voor een kleine vergoeding. Overal heb je punten waar je zelf in een rijstveldwerknemer outfit op foto kan enz. Gelukkig maakt de omgeving zelf veel goed, alles is zo mooi groen en met alle regen die afgelopen nacht is gevallen heb je allemaal soort van kleine poeltjes op elke etage. Wanneer we ons rondje bijna af hebben gelopen komen de eerste bussen vol toeristen aan. Net op tijd ons rondje af dus. We drinken nog wat op een terras met uitzicht over het rijst terras en rijden dan terug naar ons hotel. Onderweg begint het weer te regenen en niet zo’n beetje ook. We besluiten om even te gaan schuilen, het gaat alleen steeds harder regenen. Inmiddels is het ook al een uur of 11 en we moeten om 12 uur uitchecken. Er zit niks anders op, we moeten door de regen heen. Helemaal doorweekt komen we weer aan bij ons hotel, gelukkig hebben we nog tijd om droge kleren aan te doen. Daarna checken we uit en gaan we weer terug naar ons hotel in Legian. Daar hebben we nog één dag en dan vliegen we weer terug naar huis.

rice terrace zonsamen op de scooterselfie rice terrace

De laatste dag brengen we weer door aan het zwembad. We vliegen pas om 1 uur ’s nachts terug naar Sydney, dat wordt nog lang wachten. Gelukkig kunnen we een late check-out boeken en hebben we tot 6 uur ’s avonds onze kamer. Daarna gaan we nog uitgebreid uiteten van onze laatste Rupiahs en pakken daarna de taxi naar de airport. Daar begint de toeristen massa weer van voor af aan. We staan al in een 100 meter lange rij om überhaupt bij de incheck balie te komen, daarna nog een keer bij de Douane en dat om 11 uur ’s avonds. Enig dat Bali. Mochten we ooit nog een keer naar Bali gaan dan gaan we in een resort zitten ergens ver weg van alle drukte. Waar we nu waren was eigenlijk de Costa Blanca voor de Australiërs. Overal dronken mensen en zelfs in ons Legian hotel liepen de zestig plussers met flessen drank in de hand rond. De drank is hier veel goedkoper dan in Australië, ongeveer 3 keer zo goedkoop zelfs. Dat verklaart wel waarom ze hier allemaal zoveel drinken. Bali is helaas overspoeld met toerisme, dat maakt de mensen daar ook anders. Jammer. Als we terug kijken op onze vakantie dan waren Jogjakarta en onze klotok trip de hoogte punten. Jogjakarta is leuk omdat dat nog niet te toeristisch is en er valt van alles te zien en te beleven. Daar zou ik zeker nog wel een keer naar toe gaan. Mijn volgende trip staat ook alweer op de planning, ik ga namelijk over 3 weken even terug naar Nederland! Helaas ga ik alleen, want Cornelis heeft niet genoeg vakantie dagen meer. Verder gaan we over 2 weken ook nog een weekend kamperen met onze vrienden hier en is er komende week een chocolade festival in Sydney! Kortom we vervelen ons zeker niet.

Ik heb bij video's een klein filmpje over Tanjung Puting neergezet. Dit is een samenvatting van alles filmpjes die ik daar heb gemaakt!

hartje met handen strand bali 

Maak je reisblog advertentievrij
Ontdek de voordelen van Reislogger Plus.
reislogger.nl/upgrade

Foto’s

5 Reacties

  1. Karin Mol:
    7 september 2016
    Hoi Mirjam, wat een verhalen en belevenissen. Hoe gaat het met je? Nog een half jaartje, kom je weer in ons klein kikkerlandje aan! Zou je niet in Australie willen blijven? groetjes Karin
  2. William:
    7 september 2016
    Wat een prachtig verhaal. De foto's zijn van grote klasse
  3. Tine de groot:
    8 september 2016
    Hoi Mirjam
    wat weer een fantastisch verhaal en zulke mooie foto's je beleeft zo wel wat je bent alweer een jaar weg niet te geloven wat gaat de tijd snel.
    hartelijke groetjes Tine.
  4. Greta v kampen:
    13 september 2016
    hallo Mirjam
    wat een prachtig verhaal en ook zoveel verschillende plaatsen
    ik lees het als een boek het was weer klasse groetjes greta
  5. Richard Walboom:
    31 oktober 2016
    Hi Mirjam,
    Allemaal leuke verhalen jullie hebben al heel wat kilometer gemaakt en gevlogen daar in Australie en dan komt ook nog de Koning en Koningin op bezoek.En wanneer is het afgelopen daar Down Under of blijven jullie nog een jaartje? Leuk om al die verhalen te lezen.Nog veel plezier daar in Ozzie .
    Groetjes,

    Richard